Op 28 juni 1919, precies 100 jaar geleden, werd het Verdrag van Versailles ondertekend. Dit was vijf jaar na de moord op Frans Ferdinand in Sarajevo. Het ondertekenen gebeurde in de Spiegelzaal van het Kasteel van Versailles door vertegenwoordigers van het Duitse Rijk en de geallieerden (en verbonden regeringen). Mannen en vrouwen uit ongeveer de hele wereld waren aanwezig en het was een grootse onderneming:
‘In 1919 was Parijs de hoofdstad van de wereld. De vredestichters waren de machtigste mannen van de wereld. Zij kwamen dagelijks bijeen, zij betoogden, debatteerden maakten ruzie en legden hun ruzies weer bij. Zij sloten overeenkomst. Zij stelden verdragen op. Zij creëerden nieuwe landen en nieuwe organisaties.’ (Vredestichters, 2018, p. 26).
Het Verdrag ging in op 10 januari 1920, ook al werd het nog niet door elk land geratificeerd. Het bestond uit 440 artikelen, onder andere over herstelbetalingen en Duitse gebiedsbeperkingen. Het Verdrag werd echter niet consequent uitgevoerd.
Over het boek Vredestichters
Historica Margaret MacMillan vertelt in Vredestichters over de onderhandelingen en de uitkomst van het Verdrag van Versailles en over degenen die de wereldkaart opnieuw intekenden. Wilson, Lloyd George en Clemenceau zaten aan de onderhandelingstafel, maar duizenden anderen waren ook aanwezig: koningen, ministers, journalisten en lobbyisten kwamen voor hun eigen belangen naar Parijs. In Vredestichters, dat vele internationale prijzen won, schetst Margaret MacMillan niet alleen een portret van die belangrijke gebeurtenissen in 1919, maar ze toont ook de oorsprong van de moderne wereld zoals wij die nu kennen.